vrijdag 30 november 2007

Met Gerard Reve de winter door

Vorige week had ik last van een lichte winterdepressie. Een nieuw verschijnsel in mijn leven. Gelukkig bleek die depressie ook weer voorbij te trekken, mede dankzij de "gewelddadige alcoholist" Gerard Reve (zie http://www.parool.nl/boeken/2007/recensies/111407-peeters.html). Na twaalf jaar lees ik nu voor de 3e keer zijn Oud en eenzaam. Hoewel Reves wereldbeeld tamelijk beperkt is en hij zichzelf in zijn werk qua thema's en motieven sterk herhaalt, verveelt het me nooit. Dat komt niet alleen door een herkenning van dit wereldbeeld (waarvan me vooral het subjectief-emotionele beleven boven het objectief-rationele erg aanspreekt), maar vooral ook door de door niemand geëvenaarde stijl.

Een passage die ik erg mooi vind, is die waarin een jongetje, genaamd Gerard, die gedurende een paar dagen in een vormingskamp voor communisten verblijft, een ontmoeting heeft met Walter, een iets oudere, nogal volkse jongen die in de buurt woont. De volgende dialoog ontspint zich:

'Mijn vader zegt dat het daar allemaal slampampers zijn,' deelde hij mede [...]. 'Ze zijn te lui om te werken,' verduidelijkte hij zich ten overvloede. 'Ze willen dat de koningin doodgaat. Wil jij dat ook?'
'Helemaal niet,' stamelde ik. 'De koningin -'
'Wij bidden voor de koningin,' hield de jongen mij bestraffend voor. 'Ze is de vrouw van het land.' [...]
'De koningin is maar... een pion,' bracht ik uit, terwijl ik voelde, dat ik hevig was gaan zweten. Een gewaarwording van oneindige machteloosheid en verlatenheid was over mij gekomen. Maar nog een ander, even onverklaarbaar als smartelijk gevoel voegde zich daarbij: een even onvergeeflijk als schuldig verlangen, om iets zo stellig, zo moeiteloos en zo iets als vanzelfsprekends te kunnen geloven als deze jongen het deed [...]. Ik voelde, al had ik dat in mijn gedachten nooit een duidelijke gestalte kunnen geven, dat de wereld van deze jongen - een wereld van onwaarheid en leugen - geluk en het vermogen tot leven betekende, maar dat mijn wereld - die op niets ander steunde dan de waarheid ongeluk, een ongeluk zonder einde inhield.'

Reve plaatst hier vergelijkbare polen tegenover elkaar als Thomas Mann in zijn novelle Tonio Kröger. Hierover later meer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten