maandag 15 december 2008

Een Duits stijlicoon is niet meer


Vandaag is Horst Tappert op 85-jarige leeftijd overleden. Dankzij de DVD-reeks kunnen we nog lang genieten van hoe Tappert in zijn rol van commissaris Stephan Derrick de telefoon opneemt, hoe hij zijn assistent Harry (Fritz Wepper) sommeert de wagen voor te rijden, hoe hij waterig uit zijn lodderige achter dikke brillenglazen schuilgaande ogen kijkt, hoe makkelijk hij zich beweegt in zowel goedkoop uitziende Duitse etablissementen als in burgerlijk-sjieke westduitse villa's, wat een merkwaardige toupet hij toch draagt, wat een quasi-filosofische onnavolgbare praat hij over ons uitstrooit en hoe hij aan het eind van menig aflevering dankzij zijn onovertroffen psychologisch inzicht alle touwtjes weer aan elkaar weet te knopen. Tappert, volgens het journaal de beroemdste Duitser ter wereld en lange tijd het belangrijkste Duitse exportproduct, zal nog lang voortleven.

woensdag 26 november 2008

Nell

Gisteren zag ik de film 'Nell', waarin Jodie Foster een wolfsvrouw speelt, niet als een vrouwelijke pendant van 'Teen wolf' (een rol van Michael J. Fox), maar zoals Genie, een van de meest recent ontdekte wolfskinderen (1970). Ik weet nog dat ik in mijn studietijd in Groningen een college volgde over dit verschijnsel en hoe het me intrigeerde, vooral het geval van Genie, die, anders dan Victor van Aveyron of Kaspar Hauser, immers nog leeft en zo een schakel vormt tussen civilisatie en natuur.
De film 'Nell' was een aardig tijdverdrijf voor de dinsdagavond, maar niet opzienbarend. Wel opmerkelijk (maar wellicht nog door niemand opgemerkt): in de film wordt verwezen naar een scène uit Leni Riefenstahls film Das blaue Licht (de beroemde dans aan het meer, waardoor Hitler zo betoverd raakte), waarin de regisseuse zelf de rol speelt van Junta, een natuurmeisje dat bedreigt wordt door dorpsbewoners. Zo bezien is het geen toeval dat Jodie Foster al acht jaar probeert het leven van Riefenstahl te verfilmen, met zichzelf in de rol van de omstreden regisseuse.

zaterdag 15 november 2008

Sie sah in seiner Hand das Messer nicht


Als het vertrek van Ella Vogelaar iets heeft duidelijk gemaakt, dan is het wat een smerig bedrijf de politiek is. Het zou zoveel sjieker geweest zijn, als Wouter Bos zich, ondanks Vogelaars ongelukkige mediaoptredens, ferm achter zijn minister had opgesteld en trots zou zijn op het genuanceerde grotesteden- en integratiebeleid dat zij voorstond en dat langzaam zijn vruchten begon af te werpen. Wouter Bos is kennelijk bang dat de PvdA met Vogelaar als minister niet kan vissen in de vijver van het Geenstijl-electoraat. Toch maar niet op de PvdA stemmen dus.

zondag 26 oktober 2008

Eine bitterböse Geschichte zum Lachen und Weinen


Tijdens mijn vakantie las ik Elfriede Jelineks roman Die Liebhaberinnen.

Die Liebhaberinnen is een soort sarcastische parodie op een Heimatroman, waarin de alwetende verteller twee meisjes uit een (waarschijnlijk Oostenrijks) dorpje volgt die proberen aan hun eenvoudige afkomst te ontkomen en het hoger op te zoeken. De manier waarop ze dit doen is door een man aan zich te binden. En dat kun je weer het beste bereiken door zwanger van hem te worden.

Dat gaat in het geval van Brigitte zo in zijn werk:

brigitte will es in sich hineinkriegen und, daß es dann auch drinnenbleibt und nicht wieder ungenützt, sinnlos und zukunftslos herausrinnt. brigitte will, daß heinz abdrückt und ihr den extrakt aus dem rindsbraten und den semmelknödeln von heute mittag hineinschießt. jetzt muß dieser schlatzige mist doch endlich hineingespritzt und drinnen sein, aber nein, gut ding braucht weile, und heinz braucht auch weile. [...]

brigitte fühlt den schwammigen heinzbauch auf sich herunterdrücken, nichts deutet darauf hin, daß noch leben in diesem koloß ist.
heinz ist nicht gerade der leichteste, doch das bedenkt er nicht.
soll ich ihn in die weichen treten wie ein pferd, durchzuckt es b. flüchtig.

Eigenlijk heeft Brigitte een hekel aan Heinz. Zijn charme bestaat er in dat hij in de toekomst waarschijnlijk een eigen zaak zal hebben. Heinz wil met Brigitte slechts avontuurtjes beleven en valt eigenlijk op Susi. De ouders van Heinz zien Brigitte al helemaal niet staan, omdat ze 'minder' is dan Heinz en hij er dus met haar niet op vooruitgaat. Genadeloos ontleedt Elfriede Jelinek de economische principes in menselijke relaties. Maar als de 'schlatzige mist' dan eindelijk 'hineingespritzt' is, is er geen ontkomen meer aan: er zal getrouwd worden en Brigitte krijgt haar grote huis, mooie keuken, meubels; waar het haar uiteindelijk allemaal om te doen was.

De verhalen in Die Liebhaberinnen stemmen niet vrolijk. Toch valt er ook te lachen om het dodelijke commentaar van de alwetende verteller en te genieten van het originele taalgebruik. Maar van iets van mededogen met haar hoofdpersonen is bij Elfriede Jelinek geen sprake, wat het lezen van haar boeken toch iets ongemakkelijks geeft.

zaterdag 25 oktober 2008

Dresden revisited

Eergisteren was ik voor het eerst in ruim zes jaar weer eens in Dresden. Daar doet men er alles aan om de oude naam van het Florence aan de Elbe (Elbflorenz) ere aan te doen. Diverse Barok-gebouwen stonden in de DDR-tijd nog overeind en sinds 2004 is ook de Frauenkirche weer opgebouwd. Als je de kerk binnentreedt is het net alsof je een Japanse kopie bezoekt. Desalniettemin vinden vooral veel oudere Duitsers de kerk prachtig en ervaren ze de wederopbouw als het afsluitende hoofdstuk van de Tweede Wereldoorlog. Ook de gebouwen rond de Frauenkirche zijn allemaal 'nep'. Samen met al die barok-pracht-en-praal is het centrum van Dresden een plek geworden voor toeristen (waar je naar toe geleid wordt door één van de lelijkste Einkaufsmeilen die ik ooit heb gezien; de Leyweg in Den Haag is er niks bij). Gelukkig is er aan de andere kant van de Elbe ook nog de Neustadt, die in de 19e eeuw is ontstaan en de oorlog redelijk ongeschonden heeft overleefd. Hier geen toeristen, maar vooral heel veel alternatieve Duitsers, van jonge gezinnen (komt in Duitse alternatieve kringen veel voor) tot punks. Hier leeft de stad: met boekhandeltjes, boetiekjes, leuke cafeetjes, etc.

PS1 Wat wel voor de Dresdner Stadtverwaltung spreekt: het Kulturhaus (een soort Palast der Republik) hebben ze laten staan, inclusief DDR-wandfries.

PS2 Op een zuil voor Café Prag, in de DDR een gerenommeerd café en na de Wende een succesvol Italiaans restaurant (het eerste in Dresden), zag ik het mooiste mozaïek ooit (foto volgt).

maandag 15 september 2008

Jellema ontdekken (3)

Nog een gedicht van C.O. Jellema:

Nageslacht

Dit droom ik vaker:
niet onder, op zijn zerk
ligt met wijdopen ogen starend
naar sterren in het ongelovig
heelal, mijn vader;
hij groeit zijn stem te boven
'die niet laat varen
het werk zijner handen'.
Om bang van te worden.
Miljoenen
kleine gevoelens
krioelen
als wormen
door mij heen.

Ik hoor het buiten stormen.
Ik wou dat de zon scheen.



(Zo kan ik wel doorgaan met citeren uit Jellema's prachtige gedichten uit de jaren '70)

Jellema ontdekken (2)

In navolging van mijn collega-blogger Frieda Splitter ontdek ik de dichter en germanist C.O. Jellema. Deel 2 in een serie.

Als ik in een poëzieclub zou zitten, zou ik het volgende gedicht inbrengen (ook een mooi gedicht voor op een Plint-poster):

Herinnering aan een appel

Ik raap de appel uit het gras
en leg hem op de blauwe schaal
de lamp brandt bij het avondmaal,
omdat het toen ook avond was,
mijn broertje doet zijn schoolverhaal,
zodat ik zeker weet dat hij
hier woont, nu praten wij,
wie hij bedoelt met jij ben ik
en wij zijn samen ogenblik
in taal,
die tijdelijk een appel was;
ik neem hem uit de blauwe schaal
en leg hem in het gras.

Voorlopige vertalingen (2)

Sarah Kirsch: Ik in de zon van jouw sterfmaand

Ik in de zon van jouw sterfmaand
ik voor het geopende raam
ik doe wat ik gewoon ben: droog
gewassen haar

Schommels vliegen
aan mijn ooghoek voorbij, wespen
steltlopen op rottende peren
bij het zien van witte lakens
jankt de wasserijhond: hij is nog klein

Vlieg haar van mijn kam
vlieg tussen spinnendraden
zwart haar dood haar
net nog bij mij

woensdag 6 augustus 2008

Uit de media (2)

"Ik [= Volkskrant-medewerker Cornald Maas] zag [...] dit jaar, en vorig jaar, en alle jaren daarvoor, vooral brave Hendriken en Hendrika's, jonge homo's aandoenlijk verenigd, oudere homo's al even aandoenlijk in de weer met een waterspuit, dansend op achterhaalde discostampers als YMCA en It's raining men.
Steeds meer gerenommeerde bedrijven bekenden kleur: ABN/Amro en Shell deden al mee met een boot, dit jaar ook ING en TNT. Nogal onschuldig - de boten herbergden vooral dansend personeel en leken op varende reclamezuilen. In 2007 voer Rita Verdonk mee, als homomoeder in spe en als koningin-moeder van alle toeschouwers die, hoopte zij, op haar zouden gaan stemmen.
Dit jaar was het de beurt aan Ronald Plasterk, die steeds zijn hoed afnam voor het publiek, en andere PvdA-collega's op een boot met als motto 'Gewoon lesbisch zijn'. Job Cohen was er ook, als burgervader die zwaaiend de boel bij elkaar hield, voorafgegaan door Gordon die een homozender wil starten.
En dat alles als statement in een tijd waarin het geweld tegen homo's toeneemt.
Mensen aan de kant genoten er ook dit jaar van, ze zwaaiden en lachten, dronken rosé, vroegen zich af of sommige vrouwen misschien toch mannen waren en spraken daar geen oordelen over uit - de vermeende buitenissigheid van Canal Pride is al jarenlang verburgerlijkt.
Maar dat mag opeens niet meer. Journalisten en columnisten laken het politiek-correcte, truttige karakter van Gay Pride. De Volkskrant tekent uit de mond van een organisator van homofestijnen op dat het om seks en drugs zou moeten gaan (Binnenland, 2 augustus), Parool-columnist Theodor Holman [...] smaalt dat het feest de status van 'baby'tjes kussen' heeft gekregen.
[...] Canal Pride is precies wat het moet zijn [...], omdat het - veel meer dan Koninginnedag en andere lawaaifeesten - een feest van verbroedering, saamhorigheid en tolerantie is. Mét bijval uit de politiek inderdaad - voor veel niet-grachtengordel-homo's een veel grotere opsteker dan sommigen zich kunnen voorstellen.
Zoals voor de twee vrouwen uit Appelscha, die naast me stonden te kijken: een leven met mannen en kinderen achter de rug, pas een half jaar uit de kast, en nu, tijdens Gay Pride, voor het eerst in het openbaar samen. Ze lachten en genoten, en een van hen maakte foto's, voor 'ons mem', zoals ze zei, haar oude moeder - als bewijs van hun bestaansrecht."

Cornald Maas in De Volkskrant, 4 augustus 2008

Uit de media (1)

"Den Haag zag [...] niet de stappen die het CWI maakte. Moe werd hij [= oud-CWI-topman Rens de Groot] ervan als er wéér een Tweede Kamerlid het woord 'bureaucratie' in de strijd wierp in de hoop op politiek gewin. 'Dat bekt lekker makkelijk, want welke burger denkt dan niet dat je groot gelijk hebt? Maar het CWI voert zo goed mogelijk uit wat de regering zelf heeft bedacht. Nederland beschikt over een aantal zeer professionele overheidsinstellingen. Veel politici zien dat niet. En ze snappen blijkbaar ook niet dat afgeven op die 'bureaucratische instellingen' een smet werpt op henzelf, want de burger ziet het als een pot nat. Het terugbrengen van het vertrouwen in de overheid begint met het uiten van trots op je eigen huis.'"

Uit: De Volkskrant, 4 augustus 2008

maandag 28 juli 2008

Observaties in Engeland

De afgelopen twee weken heb ik doorgebracht in Yorkshire, Engeland. Andere mensen gaan naar Sitges of raften, maar ik bevond me met S. in het dorpje West Burton in het Wensleydale. De bedoeling was, zoals elk jaar, om het wandelen in de natuur te combineren met het maken van culturele uitstapjes, maar helaas blijkt het Engelse openbare vervoer in de dales niet onder te doen voor de inefficiëntie in de romaanse landen. Gelukkig hadden we de dvd-box van Brideshead revisited mee, zodat we ons elf afleveringen lang hebben kunnen vergapen aan al die prachtige acteurs. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik de tijd ook heb stukgeslagen met het minder cultureel correcte Heir hunters en Escape to the country (soms gepresenteerd door de niet te versmaden Alistair Appleton; zie voor zijn bijzondere levensloop http://en.wikipedia.org/wiki/Alistair_Appleton).
In het Wensleydale bevind je je op het klassieke Engelse platteland. Desalniettemin is er van stugheid niets te merken en is iedereen er uitermate vriendelijk, voorkomend en in voor een praatje. De perfecte soundtrack hierbij is de muziek van Kate Bush (Wuthering Heights, And dream of sheep, Under the ivy, Oh England, my lionheart, etc. Gek genoeg had ik die twee weken vooral het liedje 'How to be invisible' in mijn hoofd).
Maar Kate Bush is niet exemplarisch voor de gemiddelde Engelsman. In de grote stad woont vooral heel veel white trash. In geen enkel ander Europees land zijn er zoveel mensen die door hun dikte een karikatuur van zichzelf vormen. Voeg hieraan de slechte staat van het gemiddelde Engelse gebit toe en we kennen de boosdoener: de Engelsen zijn verzot op suiker (en op gember).

vrijdag 11 juli 2008

Een half uurtje Haagse gemeentepolitiek

Gisteren viel ik als kersverse Hagenaar toevallig in een live-uitzending van een debat van de Haagse gemeenteraad over de plannen van wethouder Marnix Norder om een hoogbouwproject te realiseren in Kijkduin. Daardoor hoorde ik een aantal gemeenteraadsleden spreken en bleek de slechte naam die de Haagse raad heeft, helaas op feiten te berusten. Ik denk dat de burgemeester, de in een fraai grijs pak met gele stropdas gestoken charmeur en causeur Jozias van Aartsen, de vergaderingen van de raad niet als het hoogtepunt van zijn baan beschouwt. Zowel de wethouder als de meeste raadsleden zijn niet in staat helder te formuleren en een inhoudelijk betoog af te steken. De wethouder bedient zich daarbij ook van de ene drogredenering na de andere, waardoor het verbazing wekt dat vrijwel niemand de intelligentie heeft (op Joris Wijsmuller van de Haagse stadspartij na) om hier doorheen te prikken. Ronduit stuitend was het gedrag van GroenLinks-raadslid Heleen Weening, die met het argument 'het is al 23.30' te beroerd was een kritische vraag te beantwoorden en op onderuitgezakte wijze steun verleende aan de plannen van de wethouder (je hoort nog eerder een VVD'er op lokaal niveau praten over kleinschaligheid en over bescherming van het stadsgezicht dan een GroenLinkser). Voeg daaraan het hautaine gekat van mw. Michels van de VVD en het geschmier van dhr. Pijl (fractievoorzitter van de SGP-ChristenUnie) toe en het wordt tijd om de televisie uit te zetten.

maandag 7 juli 2008

De frisheid van W.F. Hermans


Na een paar maanden geen tijd en rust gehad te hebben een langere tekst tot me te nemen, lees ik nu de roman 'Nooit meer slapen' (1966) van W.F. Hermans. Wat me opvalt is de frisheid, na 42 jaar, van Hermans' stijl, de prachtige metaforen die hij gebruikt (iets dat ook Gerard Reve opmerkt in de briefwisseling Verscheur deze brief! Ik vertel veel te veel en waar hij in Hermans zijn meerdere herkent) en de scherpe, soms filosofische observaties. Een fragment ter illustratie van het laatste:
"- Toch, wie een taal spreekt die zijn moedertaal niet is, die wordt naar beneden gedrukt, onherroepelijk. Waarom hebben gekoloniseerde volkeren zoals negers, indianen, enzovoort de reputatie gekregen dat ze zo kinderlijk zijn? Omdat zij gedwongen waren tegen hun meesters talen te spreken die zij niet goed kenden."
Daar zouden ze aan de universiteiten waar ze het Engels als voertaal willen invoeren hun voordeel mee moeten doen.
In een ander, langer fragment, doet Hermans uit de doeken hoe de fotografie de geboorte van de psychologie heeft veroorzaakt:
"Als je het mij vraagt zijn er drie belangrijke stadia in de geschiedenis van de mens.
In het eerste kende hij zijn eigen spiegelbeeld niet, evenmin als een dier dat kent. Laat een kat in een spiegel kijken en hij denkt dat het een raam is waarachter een andere kat staat. Blaast ertegen, loopt eromheen. Op den duur is hij niet meer geïnteresseerd; sommige katten tonen zelfs nooit enige belangstelling voor hun spiegelbeeld.
Zo zijn de eerste mensen ook geweest. Honderd procent subjectief. Een 'ik' dat zich vragen kon stellen over een 'zelf' bestond niet.
Tweede stadium: Narcissus ontdekt het spiegelbeeld. Niet Prometheus die het vuur ontdekte is de grootste geleerde van de Oudheid, maar Narcissus. Voor het eerst ziet 'ik' zich 'zelf'. Psychologie was in dit stadium een overbodige wetenschap, want de mens was voor zichzelf wat hij was, namelijk zijn spiegelbeeld. Hij kon ervan houden of niet, maar hij werd niet door zichzelf verraden. Ik en zelf waren symmetrisch, elkaars spiegelbeeld, meer niet. Wij liegen en het spiegelbeeld liegt met ons mee. Pas in het derde stadium hebben wij de genadeslag van de waarheid gekregen.
Het derde stadium begint met de uitvinding van de fotografie. Hoe dikwijls gebeurt het dat er een pasfoto van ons gemaakt wordt waarvan wij evenveel houden als van ons spiegelbeeld? Hoogst zelden! Voordien, als iemand zijn portret liet schilderen en het beviel hem niet, kon hij de schuld aan de schilder geven. Maar de camera, weten wij, kan niet liegen. En zo kom je in de loop van de jaren, via talloze foto's, erachter dat je meestal niet jezelf bent, niet symmetrisch met jezelf, maar dat je het grootste deel van je leven in een aantal vreemde incarnaties bestaat voor welke je alle verantwoordelijkheid van de hand zou wijzen als je kon.
De angst dat andere mensen hem zien zoals hij is op die foto's die hij niet kan endosseren, dat ze hem misschien nooit zien zoals het spiegelbeeld waarvan hij houdt, heeft de menselijke individu versplinterd tot een groep die uit een generaal plus een bende muitende soldaten bestaat. Een Ik dat iets wil zijn - en een aantal schijngestalten die het Ik onophoudelijk afvallen. Dat is het derde stadium: het voordien vrij zeldzame twijfelen aan zichzelf, laait op tot radeloosheid.
De psychologie komt tot bloei."
Wie de moeite heeft genomen het fragment tot het eind uit te lezen, zal met mij eens zijn dat de Nobelprijs postuum aan Hermans toegekend moet worden.

De laatste roker



Sinds 1 per juli 2008 het rookverbod in horecagelegenheden is ingegaan, staat W.F. Hermans' verhalenbundel 'De laatste roker' (1991) weer sterk in de belangstelling. Ik heb het boek niet in de kast staan, maar herinner me dat Hermans voorspelde dat oudjes die stug door bleef roken, in de toekomst opgepakt zouden worden, in busjes opgesloten en afgevoerd. Waar Hermans zich toen nog van de stijlvorm van de hyperbool bediende, komt zijn toekomstvisioen zeventien jaar later aardig in de buurt van de realiteit. Toch is het wel plezierig: als er niet gerookt mag worden kom je als ex-roker ook niet in de verleiding (want roken is een verslaving waar je mijns inziens nooit helemaal van afkomt) en 's avonds ga je na een avond café- of restaurantbezoek weer met frisse kleren naar huis. Het blijft echter jammer dat de romantiek van het roken de afgelopen jaren geofferd is aan een gezondheidscultus die voor het laatst zijn hoogtepunt beleefde in de jaren '30.

The winner takes it all

Het Spaans en de Spanjaarden beginnen steeds meer terrein te winnen in Europa. Was Spanje jarenlang de meest populaire vakantiebestemming, nu wordt ook het Spaans ingevoerd op veel middelbare scholen (veelal ten koste van de klassiekere cultuurtalen Frans en Duits) en om de landslide compleet te maken wint Spanje het EK voetbal en wordt Roger Federer verslagen door Rafaël Nadal. Laatste bericht: Nu is ook de Tour de France gewonnen door een Spanjaard.

maandag 12 mei 2008

Het seksisme van Ilja Leonard Pfeijffer

In Vrij Nederland van deze week schreef de Vlaamse schrijfster Kristien Hemmerechts een pamflet tegen het (mannelijk) seksisme in de literatuur. Als een van de voorbeelden hiervan noemt ze de Zuid-Afrikaanse schrijver J.M. Coetzee, die in zijn roman Disgrace beschrijft dat zijn romanpersonage het het liefste met een (natuurlijk veel jonger) hoertje doet, omdat die 'quiet and docile' is. Nu valt er op het commentaar van Hemmerechts nogal wat af te dingen. Zo heet de roman van Coetzee niet voor niets Disgrace en vind ik dat je in de literatuur niet moet verdoezelen dat oudere mannen het graag met veel jongere vrouwen doen en die soms het liefste 'quiet and docile' hebben.
De aanval die Ilja Leonard Pfeijffer op 9 mei in nrc.next op Kristien Hemmerechts opende, vond ik echter van weinig smaak getuigen. Niet alleen beweert hij dat Hemmerechts vooral roem vergaard heeft door de weduwe te worden van de dichter Herman de Coninck (iets dat voor haar net zo min opgaat als voor Connie Palmen), ook denkt hij dat zij als vrouw van in de vijftig 'elke mannelijke schrijver zijn lustgevoelens [zal] ontnemen.'
Nu weten we uit één van zijn eerdere columns dat Ilja Leonard Pfeijffer de voorkeur geeft aan een veel jongere, uit Oost-Europa geïmporteerde schone. Gelukkig voor hem dat zij (zoals veel andere vrouwen) geen moeite heeft met een oudere man, die bovendien beschikt over een steeds vettere (bij mannen heet dat 'machtiger') buik.

vrijdag 9 mei 2008

Mouldy old dough


Een van mijn favoriete televisieprogramma's is 'Homes under the hammer', elke werkdag tussen 11.00 en 12.00 op BBC 1, gepresenteerd door het immer vrolijke duo Lucy Alexander en Martin Roberts (zie foto).
In 'Homes under the hammer' worden per aflevering drie mensen gevolgd, die een huis kopen op een veiling, meestal omdat het huis op de gewone markt geen kans maakt. Het aardige van het programma is dat die huizen vrij vaak op instorten staan en dat Lucy of Martin een paar weken later langskomen, om te zien of het huis inmiddels is omgetoverd in een paleis of niet (dit laatste vaak tot schaamte van de kopers die meestal van alles van plan waren).
De redactie van 'Homes under the hammer' weet bij elk filmpje wel een toepasselijk muziekje te vinden. Een van de meest hilarische afleveringen was die waarin een wegrottende bouwval werd opgeluisterd met het nummer 'Mouldy old dough' (1972) van de groep Lieutenant Pigeon, te zien onder de volgende link:
Don't miss it. You've never seen anything like this before!

maandag 28 april 2008

Ongewenste intimiteit





Dit kan wat mij betreft echt niet: de hele wereld ongevraagd je roomblanke borsten in het gezicht smijten. Op de tweede foto zie je dat bij Angela zelf het kwartje inmiddels ook is gevallen.

Uitspraken

UITSPRAKEN
laten zich van tafel vegen,
wegdrukken, verstikken
in geruststellende omarmingen.
Toch hebben zij
het langste leven en
het laatste woord.

- Hanny Michaelis

Hamer en Bril

Na het lezen van een column van Martin Bril (zie: www.martinbril.nl/archief/2008/04/vrouw_en_lampen.html) krijg ik zowaar een beetje te doen met Mariëtte Hamer. Zij is een vrouw die, zoals de meeste vrouwen van middelbare leeftijd, tobt met haar gewicht. Verder heeft ze een wat norse uitstraling en geen natuurlijke flair. Dat kan in je voordeel werken als het in het belachelijke wordt getrokken (bijvoorbeeld in het geval van Ien Dales), maar over het algemeen wordt er van vrouwen in de politiek verwacht dat ze er goed uitzien en niet onzeker overkomen. Dat laatste probeert Mariëtte niet te doen, maar omdat ze het probeert, is het ook weer niet helemaal echt.
Maar nu over de column van Martin Bril. Daarin staat een aantal genadeloze observaties. Zo wordt Mariëtte Hamer door iemand anders vergeleken met een lampenkap, iets dat Bril 'cru en oneerbiedig' vindt, maar toch te leuk om niet op te schrijven. Zo'n beeld blijft hangen. Vervolgens merkt Bril op, dat mw. Hamer 'een schril soort socialisme voorstaat, zeg maar: zoals zij er zelf uitziet' (dit is een parafrasering en geen volledig correct citaat), om vervolgens de genadeklap toe te dienen: vanwege haar uiterlijk kan het fractievoorzitterschap van Hamer nooit een succes worden.
Zou het zo zijn? En zou het uiterlijk van een vrouw bepalender zijn dan dat van een man? Ik ben bang van wel. Mannen als Martin Bril, Hugo Borst en Jan Mulder, die allen al lang over datum zijn, schijnen immers nog steeds succes te hebben bij de vrouwen. Het zou ook wel eens zo kunnen zijn, dat het de vrouwen zijn die hun sexegenoten het hardst vallen over hun uiterlijk. Een man heeft er waarschijnlijk geen problemen mee om een biertje te drinken met Mariëtte en haar eens flink hard op haar schouder te rammen.

dinsdag 22 april 2008

De mars van 'de Neus' door de instituties


Foto: Zoals elke rechtgeaarde PvdA-vrouw weet Mariëtte Hamer zich niet te kleden

Vandaag is Mariëtte Hamer, binnen de PvdA beter bekend als 'de Neus', gekozen tot fractievoorzitter. Uit betrouwbare bron weet ik dat mw. Hamer een keiharde apparatsjik is. Dat weet zij zelf ook, reden temeer om dit direct na haar beëdiging te ontkennen. Een klassieke retorische truc: ontkennen wat evident is. Nu kan het wat betreft sociaal-democratische vrouwen altijd erger, getuige de kleurloze schooljuf die de flamboyante Frans Weisglas als kamervoorzitter heeft verdrongen. Qua neusomvang zou Hamer, die toen ook in de race was, een betere opvolger van Weisglas geweest zijn.
Hoewel een klassiekere PvdA-apparatsjik dan Mariëtte Hamer nauwelijks denkbaar is, heeft zij na het verkiezingsdebâcle van 2007 wel twee bijzondere wapenfeiten op haar naam gezet. Op haar initiatief werd er een parlementaire enquêtecommissie gevormd die onderzoek deed naar het falende onderwijsbeleid van de afgelopen decennia. De hoofdschuldige stond van tevoren vast: de Partij van de Arbeid, een partij van drammers en idealisten (een fatale combinatie). Maar Hamer schrok er niet voor terug het boetekleed aan te trekken, waarmee de PvdA in onderwijsland weer wat goodwill heeft gekweekt. Ook stelde ze het beeld bij dat de PvdA niet meer opkomt voor de traditionele achterban; over het ontslagrecht viel met haar immers niet te onderhandelen. Mariëtte Hamer heeft de tekenen des tijds verstaan en, na een steile mars door de instituties, zich nu als representant van de nieuwe generatie sociaal-democraten opgeworpen. Neus of geen neus, dat is een enorme prestatie.

20%

In verband met mijn op handen zijnde verhuizing naar Den Haag probeer ik sinds enkele weken zo'n 20% van mijn inboedel weg te gooien. Vrienden, kennissen, familie, de schoolbibliotheek, de opleiding Duits, de weggeefwinkel: iedereen wordt gevraagd of ongevraagd verblijd met spullen. Het is geen rotzooi, maar het is alles bij elkaar wel een beetje teveel geworden. Soms haal ik onbewust iets doms uit om iets weg te kunnen gooien (hoe dat innerlijk bij mij werkt is 'voer voor psychologen'). Bijvoorbeeld een minifrituurpan onder water zetten om hem eens goed uit te boenen en daarna de tekst 'do not immerse into any liquid' lezen. Vroeg of laat heeft elk voorwerp wel een functie, maar toch kan ik het iedereen aanraden: af en toe verhuizen en flink wat spullen wegdoen.

maandag 21 april 2008

Opgetekend (3)

'Er komt niets van terecht.'
'Dat zeggen alle intellectuelen. Daarom komt er nooit van iets wat terecht. Omdat de werkelijk competente mensen er niet aan willen meedoen.'
'Het is omgekeerd. Werkelijk competente mensen doen nergens aan mee, omdat dat zij weten dat nergens iets van terecht komt.'
'Ik zeg je: je kunt het toch tenminste proberen.'

Uit: W.F. Hermans, Ik heb altijd gelijk (1951)

Niks als vulles?


Dat het werk van Mulles 'niks als vulles' is, kan ik na het lezen van 'De zaak 40 / 61' (1962), over het Eichmann-proces in Jeruzalem, niet meer beweren.
Harry Mulisch probeert in dit boek de vraag te beantwoorden, hoe het mogelijk is dat de holocaust heeft plaatsgevonden. Hij verplaatst zich hiertoe in de hoofden en harten van de daders en legt de mechanismen van de jodenvernietiging bloot. En hij komt daarmee in de buurt van een antwoord, iets dat ik nog bij geen enkele andere schrijver heb gelezen.

dinsdag 15 april 2008

Come-back Kate



Afgelopen vrijdag kwam ik laat thuis en viel midden in een documentaire over enkele fans van Kate Bush. Een wellicht uit nood geboren plan, want Kate zelf houdt zich schuil op een eiland in de Thames en wordt vervoerd in een geblindeerde auto. Ze is dan ook na Queen Elizabeth zo'n beetje de bekendste en meest geliefde vrouw van Engeland.
De relatie van de fans van Kate Bush tot hun idool zou je kunnen samenvatten met de woorden 'in weiter Ferne, so nah'. Ver, omdat het idool iedereen sinds jaar en dag angstvallig op afstand houdt. Dichtbij, omdat Kate geen koele godin is (van het type Marlene Dietrich of Madonna), maar een warme vrouw die graag thee drinkt, van katten houdt, zelf de was doet en poëzie leest. Een sprookjesachtige en toch alledaagse vrouw.
Wie dicht bij Kate Bush wil komen luistere naar haar jongste cd Aerial; één van de mooiste popalbums die ik de afgelopen jaren hoorde. Of Kate nu zingt over de wansmaak van Elvis Presley, de oneindigheid van het getal pi, de liefde voor haar zoontje Bertie of het geruststellende draaien van de wasmachine; ze zingt over haar leven en haar gevoelens en gedachtes. Daarbij hang ik, net als de fans in de documentaire Come-back Kate, aan haar lippen, hoe schijnbaar futiel het bezongen onderwerp ook is.
Misschien is dat nog wel een van de leukste eigenschappen van Aerial: Kate Bush maakt ons duidelijk dat een liedje over een wasmachine net zo veel zeggingskracht kan hebben als het zoveelste liedje over de liefde.

dinsdag 25 maart 2008

Laat maar zitten

Op Tweede Paasdag las ik de briefwisseling tussen Willem Frederik Hermans en Gerard Reve, getiteld Verscheur deze brief! Ik vertel veel te veel, uit.
De briefwisseling vormt eigenlijk het verslag van het einde van een vriendschap. Directe aanleiding is Reves verzoek aan Hermans om een bijdrage te schrijven voor het tijdschrift Tirade, een tijdschrift dat Hermans 'haat', omdat het door Geert van Oorschot wordt uitgegeven en omdat er in de redactie een aantal literaire vijanden van Hermans zit.
Na de breuk in 1959 zijn er zo nu en dan wat pogingen van Reve tot contact, bijvoorbeeld in 1971: "Wel een eind weg wonen we nu, van elkaar. Ik zou je graag weer eens ontmoeten. We worden oudt & ziek, & de tijd dringt. Geen herrie meer maken, bedoel ik."
Pas in 1986 kan er van de kant van Hermans weer een aardig woord af: "Houd je goed." Maar dat is dan ook alles. Op de envelop van de laatste brief die Reve hem stuurt, schrijft Hermans de veelzeggende woorden: "Laat maar zitten".
Hermans en Reve zijn in de eerste jaren zeer goede vrienden. Hermans blijkt een zeer gevoelige man te zijn. Misschien blijft hij dat in latere jaren ook. Maar hij stelt zich niet meer kwetsbaar op en 'laat zich niet meer zien' (om het in moderne psychologische termen uit te drukken). Reve doet dat naarmate hij ouder wordt wèl. Maar dat hij ook een secreet kon zijn weten we uit de briefwisseling met Van Oorschot.

woensdag 19 maart 2008

Nog maar eens een berichtje over sterven

Op 15 april 2006, nu al weer bijna twee jaar geleden, werd Gerard Reve begraven in Machelen-aan-de-Leie. Ik was er, als fervent reviaan, natuurlijk bij. Het was een waardige begrafenis: met een stampvolle kerk en een prachtige toespraak van Erwin Mortier. Enige wanklank: de afwezigheid van veel prominente collega-schrijvers. Ongetwijfeld was Reves zelfverkozen isolement hier debet aan. Maar wie er wel was: de grote Hugo Claus. Nu is ook hij overleden. Ik las slechts enkele gedichten van hem, die ik erg mooi vind. Maar ik beloof bij dezen plechtig zijn Verdriet van België van kaft tot kaft aandachtig te gaan lezen.

dinsdag 19 februari 2008

Je tikt er tegen en het zingt


In januari ben ik 30 jaar geworden. Een mooie aanleiding om met een aantal zaken in mijn leven vaart te maken. Vier dagen na mijn 30e heb ik mijn rijbewijs gehaald. In de krokusvakantie hoop ik eindelijk de afsluitende opdracht van de lerarenopleiding af te ronden (na acht jaar lesgegeven te hebben). En zo langzamerhand wordt het ook tijd voor het kopen van een huis. Inmiddels heb ik heel wat huizen gezien - zowel op Funda.nl, als rondtoerend door de Randstad als ook van binnen in het bijzijn van een makelaar. Wat blijkt: nergens is het zo prettig wonen als in Den Haag. Brede straten, groene wijken, rustig en statig. Zolang je ten noorden van de Laan van Meerdervoort blijft (een aloud cliché dat grotendeels opgaat). Wel een vreemde conclusie: mijn 11e woonhuis (waarvan vier in Groningen gedurende twee jaar tijd) zal, naar het zich nu laat aanzien, in mijn geboortestad staan. Volgens Thomas Bernhard is "der Geburtsort [...] der Mörder des Menschen". Volgens mijn vader zal Den Haag binnen tien jaar onder water staan. Tegen hen breng ik Gerrit Achterberg in stelling, die in zijn Ode aan Den Haag (1953) het glazen koepeldak van de Passage als pars pro toto van de stad zag en schreef: "Den Haag, je tikt er tegen en het zingt".

Opgetekend (2)

"Hij was kort en tenger van gestalte, blond, met een spaarzaam snorbaardje. Onbesproken van gedrag, was hij ook bescheiden beleefd en had die gedwongenheid behouden die, in gezelschap, het gebrek aan een welstellender opvoeding dikwijls met een stempel van minderwaardigheid een leven lang op een mens drukt."

Uit: Virginie Loveling, Een revolverschot (1905)

Opgetekend (1)

"De kleppen van de klokgaten, het leien dak van de kerk, de zoden en de kruisjes op de graven, de pannen op de kerkhofmuur, alles was met witte rijp bedekt. Ook de graspijltjes op het voetpad en enkele strohalmen op de straat in de matbleke schemering van de vroege aprilmorgen.
De lucht was wolkeloos, een flauwe ster pinkte, de duisternis was half voor 't licht geweken, maar iets van de aarzeling zweefde nog over alles alsof de nacht niet tot scheiden kon doen besluiten, de dag vergeefse moeite deed om helemaal te ontwaken en het leven en de bedrijvigheid hun last niet wilden torsen."

Uit: Virginie Loveling, Een revolverschot (1905)

zondag 10 februari 2008

De homo's van vroeger sterven uit


Na Albert Mol (2004), Gerard Reve (2006), Robert Long (2006) en Jos Brink (2007) is nu ook Benny Neyman overleden. Daarmee zijn in een paar jaar tijd vijf beeldbepalende homo's overleden, al is de betekenis van Benny Neyman voor de homo-emancipatie ongetwijfeld minder groot dan die van genoemde collega's.
De liedjes van Benny Neyman ("Benny" is eigenlijk een redelijk achterlijke naam als je er over nadenkt) hielden het midden tussen chansons en schlagers, met vaak een Griekse melodie als uitgangspunt. Hoogtepunten uit zijn veelzijdige oeuvre: Vijftien jaar (1978), Ik weet niet hoe (1980), 'k Zal je heb (1981), Vrijgezel (1981; niet alleen zeer succesvol dankzij het hoge meezinggehalte, maar ook door de scheidingsgolf die Nederland begin jaren '80 in zijn greep hield), Verder valt 't wel mee (duet met Bonnie St. Claire, 1982), Waarom fluister ik je naam nog (1985) en Je moet niet bang zijn voor het leven (1986).
De laatste jaren scoorde Benny Neyman geen hits meer, maar maakte hij nog wel goedverkopende albums. Mijn kennis beperkt zich echter tot de krakers, waarvan ik zijn eerste grote hit Ik weet niet hoe nog altijd de mooiste vind. De simpele maar charmante tekst geeft een aardig inkijkje in het liefdesleven van de gemiddelde homosexueel:

Ik zou je lichaam willen strelen
Maar ach dat deden al zo velen
Bij me willen hou’en
En dan waanzinnig van je hou’en
[...]

Oh, ik zou je willen stelen
Zodat ik jou niet hoef te delen
Maar ‘k weet niet hoe


Scabreuzer dan dit wordt het bij Benny Neyman niet. Wat dat betreft is het er met de nieuwe homo-iconen (Paul de Leeuw, Gerard Joling, Gordon, Albert Verlinde etc.) niet erg op vooruit gegaan.

donderdag 7 februari 2008

Jellema ontdekken (1)

In navolging van mijn collega-blogger Frieda Splitter ontdek ik de dichter en germanist C.O. Jellema. Gisteravond las ik in bed het volgende gedicht:

Patras, Hotel Acropole

Nog mooi, nog zwelt mijn buik
niet merkbaar, nog zijn op mijn dijen
de aderen niet blauw. Staand voor de spiegel
dacht hij dit en rekte hij zich uit
om zo te voelen wat hij wilde zijn:
verleidelijk, hoewel alleen in deze kamer.

Maar bij het kleden, toen met eigen handen
hij huid aanraakte, of met vingertoppen,
had hij een visioen van bruine lijven
op stranden waar hij nog nooit had gelegen,
lijven die leefden, paarden, altijd jong.
En had opeens verdriet en kon wel huilen om
wat er bestond en mooi was zonder hem,
buiten hem om.
____________Over de balustrade van 't balkon
zag hij de bergen en de zee, de horizon,
waarheen de boot afvoer die hij had horen toeten.

(Die streep hoort daar natuurlijk niet, maar anders begint de regel niet op de juiste plek.)

dinsdag 22 januari 2008

Onbewust plagiaat

In 1979 publiceerde Hannes Meinkema (pseudoniem van Hannemieke Stamperius, 1943) de dichtbundel "Het persoonlijke is poëzie". Hiervan was ik mij niet bewust. Maar zolang niemand zich meldt die het copyright van deze titel bezit, behoudt mijn weblog zijn naam! Wel jammer dat als je denkt iets leuks bedacht te hebben, je er achteraf vaak achterkomt dat iemand anders dat honderd jaar geleden al bedacht heeft. Ik weet niet of mw. Meinkema zich tekort gedaan voelt als ik haar karakteriseer als een feministisch schrijfster, maar ik doe het toch maar. De titel van haar dichtbundel slaat terug op de kreet "Het persoonlijke is politiek", die je in de jaren '70 in feministische kringen veel hoorde. Nog recentelijk schreef Hedy d'Ancona (feministisch, lid van de PvdA en toch een leuke vrouw) een boek onder deze titel.

Onbewust plagiaat

In 1979 publiceerde Hannes Meinkema (pseudoniem van Hannemieke Stamperius, 1943) de dichtbundel "Het persoonlijke is poëzie". Hiervan was ik mij niet bewust. Maar zolang niemand zich meldt die het copyright van deze titel bezit, behoudt mijn weblog zijn naam! Wel jammer dat als je denkt iets leuks bedacht te hebben, je er achteraf vaak achterkomt dat iemand anders dat honderd jaar geleden al bedacht heeft. Ik weet niet of mw. Meinkema zich tekort gedaan voelt als ik haar karakteriseer als een feministisch schrijfster, maar ik doe het toch maar. De titel van haar dichtbundel slaat terug op de kreet "Het persoonlijke is politiek", die je in de jaren '70 in feministische kringen veel hoorde. Nog recentelijk schreef Hedy d'Ancona (feministisch, lid van de PvdA en toch een leuke vrouw) een boek onder deze titel.

Naschrift: Hoewel zich niemand heeft gemeld, is de naam van dit weblog al enige tijd gewijzigd.

maandag 21 januari 2008

Ockenburg

Vandaag heb ik dankzij dhr. W. Ockenburg eindelijk - na 16 maanden les gehad te hebben en drie eerdere pogingen - mijn autorijexamen gehaald. En dit twee dagen nadat ik voor het eerst in jaren weer eens in de buurt was waar ik de eerste jaren van mijn leven heb doorgebracht en waar ik op de Ockenburgschool zat, die sinds een jaar afgebroken bleek te zijn. Nadat ik dit aan mijn examinator verteld had, ontstond er de rest van de rit zo'n geanimeerd gesprek, dat laten zakken eigenlijk geen optie meer was. Soms helpt het als de goden je een beetje gunstig gezind zijn.

donderdag 17 januari 2008

Mensen om een voorbeeld aan te nemen (1)


Een vrouw om een voorbeeld aan te nemen is wat mij betreft Nel (links op de foto), bekend van het lollig bedoelde NCRV-programma naar Vlaams voorbeeld "Man bijt hond", waar zij als mater familias van de docusoap "De Veerkampjes" fungeerde. Zelden zo'n leuke familie gezien sinds de Tokkies. Gelukkig hoefde je je bij het kijken naar "De Veerkampjes" niet te generen; de familie was immers niet asociaal en verkeerde niet in het hulpverleningscircuit. Een gewone, gezonde Amsterdamse familie, al mag dat laatste gezien de hoeveelheid sigaretten die Nel per dag opsteekt een wonder heten. In dat opzicht is Nel dan ook geen behartenswaardig voorbeeld; wat wel alle navolging verdient is haar recht-door-zee-karakter. Om het in Nels woorden te zeggen: "Ik zeg het je recht in je gezicht!" Vanaf morgen is dat mijn parool.

dinsdag 8 januari 2008

In Groningen



Mijn vriendin Q. wees mij er jaren geleden op dat in Groningen alles geel is. Sindsdien is dat een van de eerste dingen die ik denk als ik weer in Groningen ben en elke keer blijkt Q.'s constatering weer te kloppen: de straatstenen in het centrum zijn geel, de A-kerk heeft nog steeds zijn gele torentje en bij mijn laatste bezoek heb ik kunnen vaststellen dat ook de Nieuwe kerk (zie foto), waar ik zo'n tien jaar geleden college heb gevolgd, voorzien is van een verbleekte, maar onmiskenbaar gele torenspits.
Veel is in Groningen hetzelfde gebleven, sommige dingen zijn veranderd. Zo prijkt op de deur van de Blekerstraat nr. 8 niet meer het naambordje van mijn oud-huisbaas Auke Hijlkema, wat mij deed vermoeden dat hij overleden is, ironisch genoeg net nu het café waarvan hij eigenaar was - De Wolthoorn - is uitgeroepen tot een van de beste cafés van het land. Door te googelen ben ik er echter achtergekomen dat Auke inmiddels op Zonneheuvel (GGZ Zuidlaren) woont (zie: www.volkskrantblog.nl/bericht/111988), waar hij het hopelijk goed heeft, voor zover dat mogelijk is.
Een andere opmerkelijke verandering: in Het land van Kokanje (waar de stoelen nog altijd een geel-leren bekleding hebben!) kwam ik een oud-studiegenoot tegen, die vroeger lang haar had en zijn tijd verblowde en nu in een keurige, burgerlijke jongeman, compleet met ballerige bodywarmer, veranderd was en genoeglijk met zijn vriendinnetje zat te lunchen. The times they are a-changin', maar dan in omgekeerde richting.
Ik kan iedereen een bezoek aan Groningen aanraden, vooral omdat er nu een tentoonstelling is over Russische sprookjes, met prachtige illustraties van Ivan Bilibin en indrukwekkende schilderijen van Viktor Vasnetsov. Dat is het aardige van het Groninger Museum: het zet je op het spoor van kunstenaars die je nog niet kende.

donderdag 3 januari 2008

Meesterlijke boektitels (1)

De Oostenrijkse schrijver Peter Handke heeft wat mij betreft de meeste mooie boektitels op zijn naam staan.

Een selectie:

Die Angst des Tormanns beim Elfmeter (1972)

Der kurze Brief zum langen Abschied (1972)

Die Stunde der wahren Empfindung (1975)

Langsame Heimkehr (1979)

Die Stunde, da wir nichts voneinander wußten (1992)

Lucie im Wald mit den Dingsda (1999)

Spuren der Verirrten (2006)

Titels die uitnodigen tot lezen. Of Handke ook lezenswaardig is, weet ik niet, want tot nu toe las ik van hem alleen het gedicht Lied vom Kind-sein (zie het blogbericht hiervoor), dat een rol speelt in de film Der Himmel über Berlin (1987).